Net als bij het eerste deel van het onderzoek vinden we dat het vervolgonderzoek naar de bestuurlijke toekomst van onze gemeente zorgvuldig moet gebeuren. Daarom is er wederom (in samenspraak met Rheden en Zutphen) een Plan van Aanpak opgesteld. Daarin staat beschreven welke stappen we gaan zetten en ook in welke volgorde we dit gaan doen. Uiteindelijk doel is om in januari 2026 een richtinggevend besluit te laten nemen door de Brummense gemeenteraad (gevolgd door besluiten van de raden van resp. Rheden en Zutphen).

Doel van het vervolgonderzoek is de drie colleges en gemeenteraden op basis van een objectieve vergelijking van de ‘plussen en minnen’ van twee verschillende herindelingsopties, in staat te stellen in januari 2026 een goed onderbouwd besluit te nemen over wel of niet samengaan (deze afweging, voor wel of niet samengaan met gemeente Brummen, geldt alleen voor gemeenten Rheden en Zutphen) en met welke gemeente (deze laatste afweging geldt alleen voor gemeente Brummen). 

In het vervolgonderzoek wordt niet alleen gekeken naar wat vanuit het perspectief van gemeente Brummen de voorkeur-herindelingspartner is. Centraal staat wat een herindeling van Brummen met Rheden danwel een herindeling van Brummen met Zutphen gaat betekenen en kan “opleveren” voor beide partijen en daarmee voor alle inwoners in kwestie.

De drie gemeenten zijn zich bewust van de ambitieuze planning en het tempo dat in dit vervolgonderzoek nodig is om in ieder geval de gemeenteraad van Brummen in januari een besluit te kunnen laten nemen. Alle drie gemeenten zien daar echter het belang en de voordelen van en zijn bereid zich tot het uiterste in te spannen om de aangegeven planning te halen, maar zonder in te leveren op kwaliteit en zorgvuldigheid. De drie gemeenten zijn het ook eens dat het -ook voor de acceptatie van de uitkomst(en) van het vervolgonderzoek- essentieel is dat in het vervolgonderzoek zoveel mogelijk gezamenlijk wordt opgetrokken en dat zoveel mogelijk uniform en synchroon wordt gedaan, zowel in proces als op inhoud. Dit om verschillen in aanpak op onderdelen van het vervolgonderzoek (en daarmee kritiek op die verschillen) zoveel mogelijk te voorkomen. 

In het Plan van Aanpak is volop ruimte voor de inbreng van zowel gemeenteraden (volksvertegenwoordigers) als inwoners, ondernemers en andere betrokkenen. zij worden van meet af aan goed betrokken bij dit vervolgonderzoek.